Des te meer tijdens mijn afwezigheid

11
jul
Ds Mudde
1 Tessalonicenzen 2:7-12 en 17-20
Filippenzen 2:12-16


In dit bijbelgedeelte voelt Paulus zich als een ouder die zijn kinderen voor het eerst achter moet laten om ze op eigen benen te laten staan. Hij vraagt hen om goed voor elkaar te zorgen en extra zorgzaam te zijn.

In drieën: Doe het om God’s wil. Ga zorgvuldig om met de schepping/elkaar. Blijf hecht. Wees zuinig op de kerk. Paulus plaatst zichzelf achter God. Hij wil bovenal dat zijn broeders en zusters God leren kennen. Ook ouders brengen hun kinderen uiteindelijk niet bij zichzelf maar bij God.Doe alles zonder morren en tegenspreken. Het is al lastig als ouders er zijn om je taken te doen. Laat staan als ze er niet zijn. Maar doe dat om wille van de wereld. Laat zien hoe het is om Christen te zijn. Wees een levend getuigenis van Christus!Omwille van hemzelf. Paulus wil dat de gemeente een extra stap zet uit genegenheid voor hem (niet om een compliment te krijgen). Hij is net als ouders dag en nacht in de weer met de gemeenteleden. Ze zijn van hem gaan houden. Hij heeft een snaar bij ze geraakt. Dit is een verkapt appèl op die liefde en genegenheid. Doe extra je best!
Ook nu wij straks als Wilhelminakerk op eigen benen moeten staan: zet je extra in omwille van God, als getuigenis van Christus en uit liefde voor alle dominees die hier eerder stonden.